De uitslag van puzzel nr. 5
De vraag was: Bedenk een originele vraag over de Wimmenumermolen voor de rubriek “Veel Gestelde Vragen” (in het Engels: Frequently Asked Questions, ofwel “FAQ’s”).

De volgende vragen zijn ingezonden:

  1. Waarom hebben je ouders de molen gekocht?
  2. Wat boeit je aan een molen?
  3. Waarom slaap je er zo vaak?
  4. Wat is je naarste en mooiste belevenis op de molen?
  5. Is de Wimmenumer wel eens verbrand (of een klein brandje gehad) of is de bliksem wel eens ingeslagen?
  6. Woon je ook in de molen?
  7. Jij kan toch nu met je nieuwe houtwerk voor de wieken een links draaiende molen maken?

Na veel en diep nadenken heb ik besloten dat vraag 4 de meest originele is, en dat die voor een prijs in aanmerking komt. Hartelijk gefeliciteerd Mw. P. Scholten-Ballast uit Doetinchem!

Men zal misschien zeggen dat vraag 7 de meest originele is, maar deze vraag is tamelijk onnozel. Er komt wel wat meer voor kijken dan alleen het hekwerk van de wieken aan de andere kant van de roed te plaatsen!!!! Ik zal de inzender (de naam laat ik hier maar achterweg) nog wel een keer persoonlijk van zijn onbegrip op de hoogte stellen.

En overigens: de andere vragen worden inderdaad wel eens aan mij gesteld door bezoekers, maar vraag 7 nooit. Van “frequently asked question” is dus geen sprake.

Hier komt het antwoord op vraag 4; “Wat is je naarste en mooiste belevenis op de molen?”

Mijn naarste belevenis was op 17 okt. 1967. De molen was die zomer juist geheel gerestaureerd, maalvaardig gemaakt, en twee velden riet waren vernieuwd, de overige velden en de kap bijgestopt. Op die dag was ik thuis in Amsterdam. De telefoon ging, en Tinus Wijker, een boer uit de omgeving belde met de mededeling dat er door de flinke storm die toen er toen woedde, grote gaten riet waren geslagen in kap en lijf. Ik kon het eerst niet geloven, en veronderstelde dat hij een grapje maakte. Zijn antwoord was: “Nee, dan zou ik toch niet bellen, het is echt zo!”. Toen waren mijn ouders en ik vreselijk gedesillusioneerd. Zó’n grote schade aan onze mooie molen. En het bleek inderdaad héél erg te zijn. De kap lag aan beide zijden voor een groot deel open, en in één van de oude velden van het lijf zat een heel groot gat.
Rietdekker Mors was snel te plekke, en wist het gas in het lijf tijdelijk dicht te stoppen, met latten eroverheen. Aan de binnenzijde van de kap bevestigden Klaas Zaal (nú zou ik erbij moeten zetten: senior) grote platen watervast hardboard, zodat het regenwater buiten het lijf werd gehouden, en niet op de kapzolder liep. Bovendien nog een heel groot vel plastic op de kapzoldervloer, want regenwater kwam er natuurlijk toch naar binnen.
Een begroting voor het vernieuwen van het riet van kap en overige 6 velden werd gemaakt, subsidie aangevraagd en verkregen, en het jaar daarop (1968) kon rietdekker Mors aan de gang, zodat de molen toen geheel in het nieuwe riet kwam.

Mijn mooiste belevenis was wel op 16 juni 1967, toen molenmaker JanTom Poland met zijn broers Dick en Kees en medewerker Willem Borst de molen weer maalvaardig hadden gemaakt: stenen muur gesloopt die ooit in de plaats van de wachtdeur was gekomen, scheprad afgehangen, geleende zeilen ervoor en…. Malen!!!!! Tjonge wat lieten ze hem meteen hard lopen, en wat een water gaf hij. Prachtig!!! Voor het eerst na ca. 16 jaar stilstand!

De overige ingezonden vragen zal ik over enige tijd ook beantwoorden en die op mijn site zetten bij FAQ's.