Poortstuk

Het poortstuk (PS) houdt de koningsspil op zijn plaats. Het poortstuk wordt ook wel poortplaat, slotplaat of busdeur genoemd.

In het midden bovenop de koningsspil steekt een stalen pen uit (het "ijzer" of "tapijzer"). Deze stalen pen is gelagerd in twee blokjes pokhout die in een holte (een soort kamertje) in de ijzerbalk (IJ) zitten. Daaroverheen zit het poortstuk dat alles op zijn plaats houdt.

Hier treden enorme (reactie) krachten op van het draaiende bovenwiel op de bovenbonkelaar. De koningsspil wordt via het "ijzer" met grote kracht naar links gedrukt, en wil ook naar achteren (dus in de richting van de kijker op deze foto). De blokjes pokhout, de ijzerbalk en het poortstuk moeten dat allemaal opvangen. Met alleen de twee wiggen waarmee het poortstuk op zijn plaats wordt gehouden lukt dat niet. Als je die hard aanslaat werken de krammen zich al uit de ijzerbalk. Je moet er niet aan denken wat er zou gebeuren als er geen poortstokken waren en het hele poortstuk zou bij een zwaar belast draaiende molen van de ijzerbalk afkomen! De draaiende koningsspil zou alle vloeropeningen aan gort draaien! De poortstokken voorkomen deze ramp, ze steunen het hele zaakje af tegen de penbalk.

 

Bij ijzerbalk kunt u lezen dat het poortstuk oorspronkelijk hoger heeft gezeten.

 

 

A = Bovenas

KS = koningsspil

PS = poortstuk

S1 en S2 = poortstokken

IJ = ijzerbalk